Artikel 0 Definities

In deze beroepscode wordt verstaan of mede begrepen onder:

0.1. Trainer: de vrouwelijke of mannelijke trainer, coach, instructeur, begeleider, of in een functioneel daarmee overeenstemmende functie werkzaam, ‘die sportactiviteiten ondersteunt en/of uitvoert.
0.2. Sporter: de vrouwelijke of mannelijke sportbeoefenaar die individueel, gezamenlijk met anderen of in teamverband – recreatief, als amateur of beroepsmatig – een sport beoefent en zich daarop on-der leiding van de trainer door training voorbereidt. Onder sporters worden in dit verband ook de elementair zwemleden gerekend, onder trainers worden in dit verband ook zwemleiders gerekend.
0.3. Team: enig aantal individuele sporters dat gezamenlijk als eenheid een sport beoefent en zich daarop door training voorbereidt;
0.4. Integriteit: het geestelijk en lichamelijk in zijn waarde laten van de sporter of van een team, daarbij respecterend dat de sporter/het team voor zichzelf beslissingen neemt en daarvoor eigen verant-woordelijkheid draagt, alsmede het nalaten van enig inbreuk op aan de sporter toekomende rech-ten.
0.5. Ouders: de wettelijke vertegenwoordiger(s) van de minderjarige sporter tot 18 jaar, diens voogd(en) daaronder begrepen.
0.6. Opdrachtgever: de individuele sporter of de werkgever of de organisatie van wie de trainer op-dracht heeft verkregen werkzaamheden als trainer te verrichten, en/of met instemming van de op-drachtgever: een team.